scroll
Scroll naar benedenvoor het laatste nieuws

Slalom tussen emotie en ratio

Gepubliceerd op 22 mei 2015 door Niels Hendrix

Met dank aan schrijver Ivo op den Camp mogen we onderstaand artikel uit Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad overnemen op Verstappen.nl.

Zijn belangrijkste kwaliteit? ‘Nee’ verkopen. Wie iets met Max Verstappen wil, ontkomt niet aan zijn manager Raymond Vermeulen. Al bijna twintig jaar vriend van de familie, maar bovenal de man die de zakelijke kant in de smiezen houdt en als vertrouwenspersoon geldt.

In de haven van Monaco heeft Red Bull, op een vlot ter grootte van een voetbalveld, zijn feestpaleisje gebouwd. Muziek dreunt, loungebanken zijn bezet, zonnebrillen op het voorhoofd, de beste kleding is uit de kast gehaald en het stiekeme lonken begonnen. Het populaire Oostenrijkse energiedrankje, aangevuld met ‘n scheut alcohol, komt op grote dienbladen langs en vindt gretig aftrek bij een meute die voor het grootste deel bestaat uit Formule 1-nitwits. Maar dat doet er in Monaco niet toe. Achter die façade van glitter en glamour wordt ook nog gewerkt. Dat is de plek waar Raymond Vermeulen zich ophoudt, de man die de zakelijke belangen van Max Verstappen behartigt.

Vooropgesteld, Vermeulen bezoekt lang niet alle Formule 1-races. “Veel zaken kan ik beter en rustiger van thuis uit regelen.” Maar af en toe ter plekke voeling houden met de wereld waarin de jongeman van wie hij de zaken regelt actief is, kan geen kwaad. Dus praat Vermeulen bij met Helmut Marko, de talentenscout van Red Bull die Max Verstappen strikte voor een Formule 1-contract bij Toro Rosso. Of bespreekt hij de laatste ontwikkelingen op het gebied van merchandising rond de Limburger. En altijd weer is er dat luisterende oor. Vermeulen struint de paddock af, maakt her en der een praatje, zuigt als een spons alle informatie op om er in een later stadium zijn voordeel mee te doen.

Ooit verdiende Raymond Vermeulen zijn geld als verzekeringsagent. Eentje die van hard rijden hield en in zijn vrije tijd op een kart zijn stuurmanskunst vertoonde. Af en toe kwam hij in De Rotonde in Montfort, het in de jaren negentig van de vorige eeuw befaamde café van Frans Verstappen, de vader van Jos. “Op een dag vroeg ik Frans om een motortje voor mijn kart. Dat ben ik toen gaan halen, maar het ding moest natuurlijk ook gemonteerd en afgesteld worden. Ik had allesbehalve racetalent, maar zo ben ik destijds ook met Jos in contact gekomen.”

Huub Rothengatter was in die tijd manager van Jos Verstappen, die snel een klik had met Vermeulen. “Op een dag wilde Huub iets over verzekeringen weten, mijn branche. Hij vroeg me ook of ik niet als bruggetje tussen hem en Jos kon fungeren. Zo is het in 1996 begonnen en inmiddels schrijven we 2015.” Vermeulen gaf zijn ogen goed de kost, leerde de kneepjes van het vak en werd al snel vertrouwensman van de familie Verstappen. “Waarbij ik blijf zeggen dat Rothengatter me wegwijs heeft gemaakt in de Formule 1. De hogeschool heb ik van hem.”

Al heel snel ontdekte Vermeulen ook dat Formule 1 vooral níet is wat je ziet. “Je prikt snel door de pracht en praal heen. Het is een hele specifieke wereld. Zakelijk is het op het scherpst van de snede. Men gaat meteen naar de kern. Alle bullshit wordt er vanaf gesneden. Dat willen we; dit niet. Snel, kort en duidelijk. Al blijft de eerste vereiste natuurlijk hard rijden, anders ben je sowieso snel klaar.”

Op het moment dat Raymond Vermeulen wegwijs raakte in de Formule 1, was Max Verstappen nog niet geboren. Het was ook de tijd dat zogenoemde ‘garagisten’, renstaleigenaren die van hun hobby hun beroep hadden gemaakt, nog emplooi vonden in de hoogste autosportklasse. “De commerciële belangen zijn steeds groter geworden. De budgetten van toen zijn nu ondenkbaar”, weet Vermeulen, die eind 2003 Jos Verstappen van het Formule 1-toneel zag verdwijnen.

“In de luwte was Jos al met zijn volgende project bezig: Max. Iedere vader heeft dat met zijn zoon; is enthousiast als-ie talent voor iets heeft. Maar Jos deed het tot de macht tien. Hij bezat alle know-how en het netwerk om het onderste uit de kan te halen.” Vermeulen effende op de achtergrond het pad dat sneller dan gedacht bewandeld werd: dat naar de Formule 1. Hij nam alle sores weg bij de Verstappens, ook op privéterrein, en zorgde dat de focus gericht bleef op de loopbaan van Max. “Jos de techniek, ik het zakelijke.”

Vermeulen is er dag en nacht mee in de weer, slalommend tussen emotie en ratio. “Dat was en is een lastige klus. Jos die vond dat we ergens moesten tekenen en ik die zei: ‘Nee, laten we nog even rustig blijven.’ Het begrijpelijke ongeduld van een vader en de wat meer afstandelijke benadering van mij.”

Precies een jaar geleden - in Monaco - vond het eerste gesprek plaats tussen Helmut Marko namens Red Bull en Vermeulen. “Toen al kreeg ik het gevoel dat het wel eens heel snel zou kunnen gaan met Max.” Een paar weken later in Spielberg (Oostenrijk) kwam Marko met een concreet voorstel. “Dat gaf kippenvel. Jos, Max en ik zaten op de hotelkamer en we wisten dat we de volgende ochtend de puntjes op de i gingen zetten. Om vijf uur ’s ochtends stapten we in de auto naar Graz, naar het kantoor van Marko. Twee dagen later tekenden we op de luchthaven van Düsseldorf het Formule 1-contract.”

Sindsdien stapelt het werk voor Vermeulen zich op. Zijn smartphone trilt onophoudelijk; hij wordt voortdurend aangeklampt. “Het is zaak Max te beschermen. Hij moet rust krijgen om zich als Formule 1-coureur en als mens verder te ontwikkelen. Dus wimpel ik veel af. Commercieel is hij natuurlijk interessant. Max is een merk, zo is het ook vastgelegd bij een merkenbureau. Maar we gaan niet nu al alle kruit verschieten. Max kan nog 15 tot 20 jaar mee, als hij flink gas blijft geven. En dat is uiteindelijk waar alles om draait: de sportieve prestatie."

Bron: Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad - door Ivo op den Camp