Formule 1 verdrag wankelt
Gepubliceerd op 11 maart 2004 door Jo Vleugels
De ruzies over de toekomst van de Formule 1 gaan gewoon door, ondanks het "tekenen" van een langlopende overeenkomst afgelopen jaar. Bernie Ecclestone weigert zijn daadwerkelijke handtekening te zetten.
In december afgelopen jaar werd na heel lang onderhandelen eindelijk een overeenkomst getekend tussen de GPWC (de vijf grote spelers uit de Grand Prix teams) en de SLEC die de commerciële belangen van de Formule 1 behartigt. Bernie Ecclestone is in het verleden alleeneigenaar van SLEC geweest, maar door verkoop van aandelen (o.a. indertijd aan het failliete Kirch concern) bezit Bernie momenteel nog 25% van SLEC.
Mercedes-chef Jürgen Hubbert straalde het een paar maanden geleden nog uit: "wij hebben al onze doelstellingen gehaald", nadat hij met Bernie Ecclestone eindelijk tot een overeenkomst was gekomen na een jarenlange strijd.
De officiële verklaring in december luidde dat Bernie Ecclestone de autofabrikanten meer recht van spreken zou geven en een hogere bijdrage zou uitkeren uit reclamegelden en televisierechten.
Als tegenprestatie verlengden de autofabrikanten het Concorde Agreement tot het eind van 2007 nadat ze eerst gedreigd hadden met het opzetten van een eigen serie, buiten de Formule 1 om. Alles prima geregeld dus, net voor het begin van het seizoen 2004. Nou alles? "Het geheel zag er in december eigenlijk veel concreter uit dan nu het geval blijkt" , aldus een manager van één van de tien Formule 1 teams.
Het blijkt dat men het allemaal eens was over de nieuwe overeenkomst, maar dat er nog steeds niet daadwerkelijk getekend is. Een persconferentie die daarover gegeven zou worden half januari is indertijd geannuleerd. Van de beloofde meeropbrengsten in nog geen Euro uitgekeerd. Uiteraard hebben de kleine teams zoals Jordan, Sauber en Minardi daar de grootste problemen mee. Die zijn helemaal op dat geld aangewezen en ze zijn reeds verplichtingen aangegaan in overeenstemming met de gelden die binnen zouden komen.
Een insider verklapt dat het er allemaal niet zo rooskleurig uit ziet: "we zijn helemaal niet zo zeker dat inderdaad alles in kannen en kruiken is", zei hij.
Het is allemaal zeer ingewikkeld. Niet alleen zijn de firma's die erbij betrokken zijn zeer ondoorzichtig, maar ook de belangen zijn zeer verschillend. Door het faillissement van het Duits mediaconcern KirchGruppe zijn een aantal bankconsortiums mede-eigenaar van SLEC geworden. Veel Formule 1 teambazen beklagen zich over het feit dat er geen greintje sportiviteit bij deze banken aanwezig is. De banken daarentegen verdedigen zich met de uitspraak dat zij er niet voor gekozen hebben om medeorganisator van de Formule 1 te worden. Het liefst willen zij zo snel mogelijk de aandelen verkopen.
Honderden miljoenen Euro's winst zou Formule 1 kunnen maken en mede hierom zijn de banken ook ingestapt na het faillissement van de KirchGruppe. Alleen, het geld komt niet, tenminste niet die bedragen die aangekondigd waren. Het grootste gedeelte vloeit namelijk terug naar een lening met een woekerpercentage rente die slimme Bernie Ecclestone net voor de verkoop in 1999 privé met SLEC afsloot. Alleen al aan rente (zonder een Euro af te lossen) moest daar afgelopen jaar bijna 45 miljoen dollar aan Bernie betaalt worden! In 2000 stond de rente zeer hoog en de lening is met een variabele rente afgesloten. In dat jaar moest er zelfs 110 miljoen dollar aan rente opgebracht worden.
Inderdaad is het moeilijk om aandelen te verkopen van een bedrijf dat met een dergelijke lening opgezadeld zit. DaimlerChrysler, Ferrari, BMW, Jaguar en Renault zijn samen verenigd in de GPWC en eigenlijk was het de bedoeling dat deze de 75% van SLEC zouden kopen voor 1,6 miljard Euro. Dat is ook de boekwaarde van SLEC. Voor de autofabrikanten was deze prijs geen optie. Omdat de toeschouwersaantallen terugliepen en de opbrengsten van de televisierechten elk jaar minder werden hadden zij een heel andere prijs voor ogen. De BayernLB is de grootste bank van drie huidige eigenaren en deze bank heeft zich ook steeds opgeworpen tegen elke vorm van prijsvermindering. Volgens hun zeggen hebben ze de grootste lasten al geleden bij het faillissement van de KirchGruppe. Het compromis dat eindelijk werd gevonden kwam erop neer dat de banken mede-eigenaar zouden blijven in de hoop dat men op middenlange termijn een beursgang kon maken met de Formule 1 rechten. De GPWC zou in de eigenaarformule mee zitting nemen met belangrijke vetorechten en een betere verdeling van de inkomsten. Deze inkomsten zijn niet enkel afkomstig uit de televisierechten, maar zeker uit de "Paddock Club", waar de VIP gasten ontvangen worden. Alles bij elkaar zouden de teams er zeer op vooruit gaan: van 23 naar bijna 50% van de SLEC rechten. Theoretisch althans.
In de praktijk is nu gebleken dat door de nieuwe contracten binnen het Concorde Agreement veel onenigheden ontstaan waar de autofabrikanten hun vetorecht op kunnen uitspreken. Voornamelijk betreft dat financiële regelingen. Maar ook aan de sportieve kant rammelt het. De grote tegen de kleine teams. De topteams willen eigenlijk verhinderen dat de kleine teams meer kansen krijgen. Uiteraard om hun investeringen weer proberen te beschermen.
Bernie Ecclestone blijft echter het grootste probleem. Over elke Euro wil hij vergaderen en met een hele trukendoos maatregelen probeert hij te voorkomen dat er ook maar een beetje geld naar anderen gaat. Het schijnt een hobby van hem te zijn. Hij verzet zich ook fel tegen de verdeling van percentages naar de teams. Bernie wilt een vaste vergoeding geven naar de teams. "Dat de teams nu proberen overal een percentage uit te slepen bij alles wat ik opgebouwd heb, ergert me mateloos, aldus Ecclestone.
Bernie Ecclestone weigert gewoon als enige het verdrag te ondertekenen, klagen de autofabrikanten. Maar ook hier blijkt een duidelijke reden voor te zijn. Op 28 april 2004 vervalt de datum waarop de ontzettend dure lening van Bernie aan SLEC opgezegd kan worden. Indien dan iedereen het eens is, kan men de lening aflossen en zich zo miljoenen Euro's besparen die anders naar Bernie zouden gaan. Daarna loopt de lening door tot 2010. Dus Bernie zal alles op alles zetten om een getekende overeenkomst nog twee maanden uit te stellen.
De tijd loopt in het voordeel van Bernie. Terwijl de autofabrikanten in een noodsituatie nog buiten de Formule 1 om zouden kunnen racen, worden de aandelen voor de banken elke dag minder waard. Immers als het Concorde Agreement in 2007 afloopt zonder een degelijke nieuwe overeenkomst hebben de banken niets meer. Ze moeten dus wel met een compromis komen.
En tussen al deze perikelen door moeten er ook nog eens races gereden worden…
Jo Vleugels