Michael Schumacher en Ferrari winnen GP Bahrein
Gepubliceerd op 04 april 2004 door Jo Vleugels
Geheel onbedreigd, maar ook foutloos, wist Michael Schumacher de eerste Grand Prix van Bahrein op zijn naam te schrijven. Op het circuit dat met adviezen van Michael Schumacher is gebouwd wist te Duitser te onderstrepen dat de andere teams absoluut beter hun best moeten doen om Ferrari te evenaren. De tweede plek was voor Rubens Barrichello wat het Ferrari feestje compleet maakte.
Voor de tweede keer dit seizoen wist Jenson Button beslag te leggen op de derde plaats. BAR deed erg goede zaken omdat behalve Jenson Button's podiumplaats ook een fraaie vijfde plaats werd afgedwongen door Takuma Sato.
Vooraf waren velen sceptisch over het gloednieuwe circuit. Het "rookie" circuit bleek echter een puur reclamekaartje voor Formule 1 af te geven. Een mooie race, vol met inhaalacties. Dat had verschillende oorzaken: het circuit bood volop inhaalmogelijkheden, maar er waren ook erg weinig uitvallers. Met veel auto's op een circuit waren ook veel acties mogelijk. De televisiebeelden wisten steeds de gevechten goed vast te leggen, zelfs als dat slechts een gevecht voor de 11e plaats betrof.
Door de onbekendheid met het circuit van de meer ervaren coureurs, konden rookies goed laten zien wat ze waard waren. De Oostenrijker Klien maakte daar dankbaar gebruik van en wist Jaguar goed in beeld te brengen door veel inhaalpogingen in te zetten, ook op plaatsen waar dat onmogelijk was.
Al direct na de start bleek dat Fernando Alonso nog niet de rust kan bewaren die een coureur moet hebben als hij achter in het veld start. Een kapotte neus was het resultaat. Ergerlijk was het feit dat de neus niet klaar stond toen Alonso de pits binnenreed. Het Renault team reed verder een strakke wedstrijd. Jarno Trulli wist uiteindelijk naar een vierde plaats te rijden, terwijl Alonso met een zesde plaats ook nog drie wk-punten veroverde.
Opvallend waren de langzame McLarens in de eerste rondes. Eerst werd nog gedacht aan een heel grote hoeveelheid brandstof, later bleek er meer aan de hand. In de zevende ronde blies Kimi Räikkönen zijn motor op, hetgeen een spectaculair beeld opleverde met veel vuur. Coulthard wist de McLaren redelijk probleemloos, maar niet echt snel te houden tot de 51e ronde. Na een laatste pitstop reed hij nog maar enkele meters en moest dan ook opgeven.
Williams liet zich ook niet van de sterkste kant zien. Ralf Schumacher bleek ongeduldig en een beetje roekeloos, wat in de 6e ronde al tot een klein uitstapje naast de baan leidde. Verrast werd de Duitser door een aanval van Takuma Sato. Op een plaats die veel durf en doorzetting vereiste, wist de Japanner zijn bolide knap in het kleinste hoekje naast Ralf te schuiven. Ralf dacht dat Sato wel zou inbinden en veroorzaakte door die denkwijze wat kleine schade. Later in de race had Ralf het op ongeveer dezelfde manier aan de stok met Fisichella. Deze laatste verwijt Ralf Schumacher dat hij daardoor geen punten heeft kunnen pakken. Juan Pablo Montoya moest de laatste rondes met versnellingsproblemen afleggen en wist zijn Williams nog maar net aan de finish te brengen, met de nodige plaatsen verlies.
Baumgarter haalde in de Minardi de finish ook niet en moest met een defecte Cosworth motor afhaken. In totaal slechts drie uitvallers bewees dat de maatregelen die de teams tegen het zand hadden genomen afdoende was.
In het algemeen bleek duidelijk dat het circuit nog niet in alle computers van de teams was geprogrammeerd. Veel meer rijdersfouten dan normaal werden geconstateerd, maar ook pogingen tot inhalen die misschien niet gedaan worden op bekende circuits.
Jo Vleugels