Interview met Max en Jos over de voorbije weken
Gepubliceerd op 30 augustus 2014 door Johan Peeters
De officiële aankondiging op 12 augustus jongstleden dat Max Verstappen per direct lid werd van het Red Bull Junior Team heeft het leven van de talentvolle jongeling danig veranderd. Toen daar een week later ook nog de bevestiging als Scuderia Toro Rosso rijder voor aankomend Formule 1-seizoen overheen kwam, was het hek helemaal van de dam. Max en Jos schetsen tegenover de Verstappen Info Page een beeld van hoe zij de laatste weken hebben beleefd en hoe de nabije toekomst eruit zal zien.
Op de vraag wat er de laatste weken is veranderd, antwoordt Max: “Ik ben de laatste weken bijna niet meer thuis, ik reis veel en ben voortdurend onderweg. Ook de media-aandacht is enorm, ik geef veel interviews. Mijn droom is de Formule 1 en dat hoort er allemaal bij. Het hindert mij niet en ik denk ook niet dat dat gaat gebeuren.”
Als we Max vragen wat hij vindt van de kritiek die her en der wordt geuit, antwoordt hij: “Als je als jongste Formule 1-coureur ooit aangekondigd wordt, kun je die kritiek verwachten. Daar had ik me ook op voorbereid. Die kritiek maakt me niet uit, ieder z’n eigen mening, prima. Ik lig er echt niet wakker van. We zullen volgend jaar wel zien hoe het uitpakt.”
Ook het thema school is de laatste weken nogal eens de revue gepasseerd. Max vervolgt: “Ik moet nog dik een jaar naar school en krijg les via internet. Dat is elke dinsdag en dat verloopt goed. Het is een middelbare schoolopleiding. Ik vind het belangrijk om daar het diploma van te halen.”
Op de vraag hoe het nieuwe team bevalt en wat zijn verwachtingen zijn, laat Max weten: “Toro Rosso heeft afgelopen jaren om punten meegedaan en ik verwacht ook dat we dat volgend jaar gaan doen. Zelf wil ik dus zoveel mogelijk punten bij elkaar gaan sprokkelen. Tijdens de afgelopen Grand Prix op Spa-Francorchamps heb ik al het hele weekend meegelopen en ben ik heel goed ontvangen door het team. De mensen bij Toro Rosso zijn heel aardig. Het is belangrijk als je bij een team instapt dat ze je alle vertrouwen geven en er alles aan doen om je goed voor te bereiden. Ik ga mijn best doen volgend jaar.”
Ook vader Jos heeft drukke weken achter de rug en ziet een duidelijke rol voor hemzelf weggelegd in aanloop naar het komende seizoen. Jos vertelt: “Max weet wat hij moet doen voor volgend jaar, wij helpen hem aan alle kanten en bereiden hem daar op voor. Het plan is dat Max zich concentreert op het racen en dat wij hem helpen met de randverschijnselen. Op Spa was de media-aandacht gigantisch. Zelf had ik niet verwacht dat er zoveel bij zou komen kijken. Na het evenement VKV City Racing zal er mediastilte komen rondom Max, want hij moet zich concentreren op zijn taak. Er moet werk verricht worden, hij moet zich voorbereiden op 2015. Er zal getest worden, er moet simulatorwerk gedaan worden, Max moet fysiek getraind worden, testen ondergaan, de super licentie moet gehaald worden, een stoeltje maken, dat soort dingen.”
Op de vraag hoe de plannen er voor de nabije toekomst uitzien, antwoordt Jos: “De eerste stap is dat Max in een actuelere Formule 1-auto van één jaar oud kan rijden. Aan de hand daar van bekijken we wat de verdere plannen zullen zijn. Vrijdagtrainingen zijn nog niet zeker, dat willen we wel, maar die beslissing laten we aan het team over.”
Als we Jos vragen of de Formule 1 fysiek voor Max niet te zwaar is en hoe hij denkt over de ontstane kritiek vervolgt hij: “Ik maak me geen zorgen over zijn fysiek. Qua sturen valt een Formule 1-auto best mee, maar het zal vooral zijn nek zijn die getraind moet worden, ook dat komt wel voor elkaar. Het duurt nog ruim zes maanden tot de eerste race. Ik zal erbij blijven tijdens de raceweekenden als vader die het beste met zijn zoon voor heeft. Ik ben bij besprekingen en we nemen samen beslissingen. Wat de kritiek op zijn jonge leeftijd betreft, denk ik dat als je Max beter kent en ziet wat hij in zijn korte carrière gepresteerd heeft, dat hij klaar is voor de Formule 1. Hij moet zijn kans krijgen en kilometers kunnen maken. Qua rijden en hoe hij met pers omgaat, is hij er klaar voor. Ik denk dat hij het kan.”