Statistieken in Irvine's voordeel?
Gepubliceerd op 27 oktober 1999 door John ter Meer
Eddie Irvine's succesvolle verleden op Suzuka zou hem tot goede moed moeten stemmen voor de race van komend weekend. Irvine heeft vier punten voorsprong in het kampioenschap en hij zou sinds 1979 de eerste coureur zijn die in een Ferrari de wereldtitel behaalt. Irvine's eerste race op Suzuka was in 1993 met een Jordan waar hij als zesde finishte. In 1994 finisht hij als vijfde, in 1995 als vierde, in 1996 haalde hij de eindstreep niet maar in 1997 stapte hij als derde op het podium. Vorig jaar weer een treetje hoger naar de tweede plaats.
Daar bovenop won, Irvine's voorbeeld, James Hunt in 1976 de titel na een seizoendurend duel tussen McLaren en Ferrari. Ook in het jaar van Hunt's kampioenschap kwam een diskwalificatie voor, in Spanje werd hij gediskwalificeerd wegens een technische overtreding. Ook Hunt kreeg zijn punten weer terug.
Wat ook een psychologische steun voor Irvine zou kunnen zijn is het feit dat elke dertien jaar het team dat zonder teamorders rijdt verslagen wordt door een buitenstaander. In 1986 pakte Alain Prost de titel in plaats van de duellerende Williams teamgenoten Nigel Mansell en Nelson Piquet. Terwijl dertien jaar daarvoor, in 1973, de strijdende Lotus teamgenoten Emerson Fittipaldi en Ronnie Peterson de titel verloren aan Jacky Stewart in een Tyrrell. Of deze statistieken enige waarde hebben zal blijken na afloop van de Grand Prix van Japan.